foto: Pascal Muller

Pagina's

maandag 2 mei 2011

Kanarie

Luister hier eerst maar eens naar, dan praten we dan verder.

Eigenlijk was hij het eerste belangrijke Herberg de Troost-lid met wie ik ooit een gesprek voerde. Nou ja gesprek. Hij vroeg me of ik een box wilde dragen. Dat zat zo. Ik had een interview geregeld met Jack Poels om te praten over 'Herberg de Troost'.  'Langs de Weg' was net uit en er was een perspresentatie in Broekhuizenvorst, waar de eerste herbergoptredens plaatsvonden.
Het kostte me enige moeite om de dame van de platenmaatschappij te overtuigen dat een face-to-face-interview beter was dan een telefonisch onderhoud.  De wereld hangt van toevalligheden aan elkaar. Als ik het er toen bij gelaten had, was ik nu deze blog niet aan het schrijven geweest.
Het was overigens wel mijn eerste interview ooit en dus was ik behoorlijk gespannen. In de auto heb ik hardop tegen mezelf gezegd:
'Dit is leuk, dit is géén zenuwbehandeling.'
Waarom ik precies gespannen was, weet ik niet helemaal. Ik kende de vragen. Ik wist toen al meer van Rowwen Hèze en Jack Poels dan een gemiddelde journalist die dit er even bij doet.  Dat was het probleem niet. Misschien moest ik gewoon wennen aan mijn rol. Je moet toch even een drempel over om er zelf in te geloven.
Op de parkeerplaats achter Lignuum Antiquum stapte ik uit en naast me stapte een jonge man uit een andere auto. Hij had een pet scheef op zijn hoofd en lachte vriendelijk. Ik kende hem niet. Hij vroeg me met een Noord-Limburgs dialect of ik hem misschien even wilde helpen. Ik hielp hem de boxen mee naar binnen dragen en had daarmee meteen een functie in het geheel. Dat vond ik wel fijn. Ik vind niks zo vervelend als ergens staan wachten met het idee dat mensen zich afvragen wat ik daar eigenlijk precies doe. Het afgelopen jaar leerde ik hem beter kennen kennen en toen bleek al heel snel dat hij een heel belangrijke rol binnen Herberg de Troost speelt. Pieter-Nic van den Beuken, want over hem heb ik het, bewaakt samen met Fred Houben het herberggevoel. Samen bestieren ze cultureel projectbureau Witgoed en Van Bontewas.  Zij zijn de mannen van de details. En van de sfeer. Ze regelen de aankleding en de organisatie en ze hebben een fijne neus voor wat echt is en wat kitsch is. Laatst stond Pieter-Nic in De Limburger en uit dat interview kwam mooi naar voren wat ik al wist: Pieter-Nic is een creatief kruidvat vol ideeën.  Daarnaast staat hij dus als een heuse wachter pal voor de herberg. Jack Poels beschouwt hem als 'de kanarie in de mijn'. Als Pieter-Nic begint te piepen, weten Jack en Tren dat er gevaar dreigt. Figuurlijk dan. Maar daarom niet minder belangrijk: kanarie Pieter-Nic.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten